Berkenheksenbezem (Taphrina betulina)
In
berkebomen hangen soms voorwerpen die op eksternesten
lijken. Vooral in de winter, wanneer de boom geen bladeren heeft, zijn
ze duidelijk te zien (6,9). Als je ze van dichtbij bekijkt blijkt dat
ze
uit een woekering van kleine takjes bestaan. De woekering wordt
veroorzaakt door een parasitaire schimmel, Taphrina betulina.
Die heeft de boom geïnfecteerd via één of meerdere eindknoppen en zich
via het vaatstelsel
in de schors door zijn gastheer verspreid (3,6). Elke boom heeft
"slapende knoppen", die door een plantenhormoon "slapend" worden
gehouden. Dat wil zeggen dat ze niet uitlopen. Wanneer er van de boom
een tak afbreekt, bij voorbeeld door een storm of een aanrijding, is de
eindknop weg en groeit een nog aanwezige slapende knop uit tot
een
nieuw takje. Zo
kan de boom zijn kroon herstellen. Waar de schimmel in de boom aanwezig
is
wordt de remming van de slapende knoppen sterk onderdrukt en gaan er
vele knoppen
uitlopen. Er ontstaat dan een bundel van korte takjes (1,11). Onder de
opperhuid van de
bladeren van deze takkenbos, die een afwijkende vorm hebben, bevinden
zich asci
waarin tijdens de
maanden juni en juli de sporen van de schimmel worden gevormd. Via deze
sporen wordt de parasiet verspreid en kan hij andere bomen aantasten
(2,7,11). Het mycelium van de schimmel overwintert in knoppen van de
aangetaste berk (11). Een
heksenbezem onttrekt voedingsstoffen aan
zijn gastheerboom. Hoewel de gastheer daardoor niet doodgaat, heeft hij
van de infectie wel te lijden: een geïnfecteerde boom blijft lager en
is minder vitaal dan een gezonde berk (10). Vooral bij jonge bomen
heeft
de aanwezigheid van de parasiet veel invloed op de groei (10). De
structuur van het weefsel in berkenheksenbezems is onderzocht met
behulp van de lichtmicroscoop (7). Berkenheksenbezems komen sinds de
jaren negentig van de vorige eeuw steeds vaker in Nederland voor (5).
Naam
De genusnaam Taphrina is afgeleid van het Griekse woord taphrè of taphros, dat "gracht", "greppel", "geul", "sloot" of "groeve' betekent.
De soortnaam betulini of betulina betekent "van
de berk" (4). De Nederlandse naam
"heksenbezem" houdt verband met het sprookje dat heksen
zich 's nachts op vliegende bezems zouden verplaatsen. Wanneer
zo'n dame door de eerste zonnestralen werd getroffen, verloor haar
vervoermiddel zijn toverkracht en stortte ze neer. De takjes van haar
bezem
bleven dan dikwijls in een boom hangen (1). Exoascus betulini
en Taphrina turgida
zijn synoniemen van Taphrina
betulina (3,8). Op andere boomsoorten komen ook heksenbezems voor. Die
worden veroorzaakt door andere Taphrina soorten
(bijvoorbeeld op haagbeuk en Prunus), of door mycoplasma (op walnoot, sering en Paulownia), of door
een roest (op fijnspar) of door een vorm van meeldauw (op eik) (7).
Eetbaarheid/nut
Berkenheksenbezems zijn om begrijpelijke redenen volstrekt oneetbaar.
Waar gevonden
Bovenstaande
heksenbezems werden gefotografeerd in een berk ten westen van de
sportvelden. Maar berkenheksenbezems zijn in de bebouwde
kom van Zuidhorn op veel plaatsen aanwezig.
Literatuur
1. Baars E. Een uit de hand gelopen feestje, de heksenbezem. Document op natuurverhalen.nl.
2. Berkenheksenbezem. Document op nl.wikipedia.org.
3. Betula, berk. Document op neerlandstuin.nl.
4. Dijksterhuis K. Heksenbezems. Trouw, 25 november 2009.
5. Eerenberg F. Riettoppad vanuit de lucht. Natuur in en om Westzaan. Document op wessaner.nl.
6. Evans D (2016) An exceptional Taphrina
year in North-West Wales. Field Mycology 17:51-54.
7. Jump BA, Woodward S (1994) Histology of witches' brooms on Betula pubescens.
Eur J For Path 24:229-237.
8. Mix AJ (1949) A monograph of the genus Taphrina.
University of Kansas Science Bulletin 33:3-167.
9.
Roques A, Cleary M, Matsiakh I, Eschen R (2017) Field Guide for the
Identification of Damage on Woody Sentinal Plants. Wallingford, UK:
CABI.
10. Spanos YA, Woodward S (1994) The effects of Taphrina betulina
infection on growth of Betula
pubescens. Eur J For Path 24:277-286.
11. Wucherling - Taphrina
betulina. Document op pilzbestimmer.de.
12. Van den Berkmortel L (2011) Paddenstoelen en dieren op de berk.
Aesculus 49:1-2.
Terug naar de soortenlijst