Betoncitroenkorst (Gyalolechia flavovirescens)
Betoncitroenkorst
groeit op rotsen, kalksteen, baksteen, cement en beton. Dit korstmos
heeft een lichtgeel tot geelgroen thallus met oranje apotheciën,
die voorzien zijn van een lichtere, gele rand (3,6). De
apotheciën kunnen een diameter van minder dan 1 tot
maximaal 2 mm hebben (6). Het thallus heeft geen lobben aan de zijkant,
maar is toch min of meer afgebakend (3). De soort is lichtminnend (10)
en prefereert voedselrijke (maar niet extreem voedselrijke)
groeiplaatsen (4,10). Landslakjes voeden zich met dit korstmos en
kunnen het schade toebrengen (5). Betoncitroenkorst was betrokken in
een onderzoek naar de overleving van levende wezens in de ruimte, waar
ze worden blootgesteld aan een hoge dosis van kosmische straling. De
ademhaling van het korstmos bleek vrij goed tegen straling bestand te
zijn, in tegenstelling tot de fotosynthese (7). Bijzondere
plantenstoffen in de betoncitroenkorst (en verwante soorten) zijn
uitgebreid onderzocht en gekarakteriseerd (8).
Naam
De genusnaam Gyalolechia is van twee Griekse woorden afgeleid: het bijvoeglijk naamwoord gyalo– dat “geborsteld, gepolijst of geschuurd”, en het zelfstandig naamwoord lechos dat “bank, bed of nest” betekent. De soortnaam flavovirescens betekent geelgroen. In het Duits heet dit korstmos Gelbgrüner Schönfleck (4). Caloplaca aurantiaca (9) en Caloplaca flavovirescens (3) zijn synoniemen van Gyalolechia flavovirescens. De laatste is nu de officiële naam (1).
Waar gevonden
In
Zuidhorn hebben we betoncitroenkorst aangetroffen op liggende
grafzerken van de oude begraafplaats aan de Jellemaweg, en op de
stoeptegels van een voetpad ten westen van de sportvelden. In
Noordpolderzijl groeit de soort op de betonnen rand van een trap die
vanaf het Zielhoes omhoog voert, naar de top van de waddendijk.
Ook in Oost-Friesland is dit korstmos dikwijls op grafzerken
aangetroffen (2).
Literatuur
1. Arup U, Søchting U, Frödén P (2013) A new taxonomy of the family Teloschistaceae. Nordic J Bot 31:16-83.
2.
De Bruyn U (2007) Gesteinsflechten alter Kirchhöfe im Landkreis
Wesermarsch (Niedersachsen, Weser-Ems-Gebiet). Herzogia 20:145-158
3. Gavériaux JP. Caloplaca flavovirescens. Document op Association Française de Lichénologie, www.afl-lichenologie.fr.
4. Gelbgrüner Schönfleck. www.123pilzsuche.de
5.
Hesbacher S, Baur B, Baur A, Proksch P (1995) Sequestration of lichen
compounds by three species of terrestrial snails. J Chem Ecol
21:233-246
6. Laundon JR (1976) Lichens new to the British flora: 5. Lichenologist 8:139-180.
7. Miki K, Kawashima S, Takahashi Y, Yonemura S (2019) Potential survival of the lichen Caloplaca flavovirescens under high helium-beam doses. Radiation and Environmental Biophysics 58:449-454
8. Søchting U (2001) Chemosyndromes with chlorinated anthraquinones in the lichen genus Caloplaca. Bibliotheca Lichenologica 78:395-404.
9. Wade AE (1965) The genus Caloplaca Th. Fr. in the British isles. Lichenologist 3:1-28.
10. Wirth V (2010) Ökologische Zeigerwerte von Flechten - erweiterte und aktualisierte Fassung. Herzogia 23:229-248
Terug naar de soortenlijst