Gele aardappelbovist (Scleroderma citrinum)
De gele aardappelbovist is een heel
algemene paddenstoel in loof- en naaldbossen, parken en lanen, vooral op
zandige grond (9). Het mycelium van deze soort is een mycorrhiza-partner
van allerlei loofbomen, vooral de zomereik. De schimmel werkt
bovendien samen
met bacteriën die mineralen uit de bodem aan de zwam en aan diens
gastheerbomen ter beschikking stellen (1,8). In zeldzame gevallen
kan de paddenstoel ook groeien op
verrot hout (4). De knol- of bolvormige
vruchtlichamen staan meestal in kleine groepjes bijeen en zien er uit
als
aardappels. Aardappelbovisten zijn buikzwammen waarbij de sporen
inwendig gevormd worden. Het citroengele tot geelbruine omhulsel (peridium) is taai van structuur, enkele millimeters dik en aan de
buitenzijde voorzien van grove wratten of schubben. Het sporenvormende weefsel in het inwendige (de gleba) is
aanvankelijk wit en stevig en ruikt aangenaam kruidig, maar wordt vanwege de
rijping van de sporen spoedig donkergrijs en poederachtig, en begint muf te ruiken. Bij volledige rijpheid scheurt het peridium aan de bovenkant open en komen
de sporen vrij (4,9).
Naam
De genusnaam Scleroderma is van twee Griekse woorden afgeleid en betekent
"harde huid". De soortnaam citrinum
heeft betrekking op de gelige kleur (6).
Eetbaarheid/nut
Gele
aardappelbovisten zijn giftig.
Het eten van de paddenstoel kan braken en buikpijn veroorzaken en
tot zweetaanvallen aanleiding geven. Ook kan er
een verlaging van de bloeddruk optreden die duizeligheid en
flauwvalneigingen,
en in ernstige gevallen langdurige bewusteloosheid teweeg brengt.
Stoornissen van het gezichtsvermogen en roesachtige verschijnselen
kunnen zich eveneens voordoen. Zulke effecten treden al na 30 tot 45
minuten op. Welke toxische
stoffen voor de vergiftiging verantwoordelijk zijn is niet bekend (3).Het peridium van de paddenstoel bevat een
hoge concentratie van gele kleurstoffen, zoals sclerocitrine, norbadion A, badion A en xerocominezuur.
De structuur en de biosynthese van deze verbindingen
is vastgesteld (10). Het mycelium van de aardappelbovist kan
zware metalen (zoals cadmium) uit
de bodem opnemen en die in hun vruchtlichamen ophopen. Van deze
eigenschap kan misschien gebruik worden gemaakt bij bodemsanering (2).
Ook bevat de paddenstoel plantenstoffen die de groei van plantenziekten
veroorzakende schimmels
kunnen afremmen (7). Met een aardappelbovist waarvan de sporen bijna
rijp zijn,
kunnen tekeningen worden gemaakt - het effect doet aan een
crayonpotlood denken (5).
Waar
gevonden
Gele aardappelbovisten verschijnen
in het westelijk deel van het Smitpark dikwijls, op de hellingen van een zanddijkje dat wordt
beschaduwd door allerlei loofbomen (onder andere haagbeuken en eiken).
Literatuur
1.
Calvaruso C, Turpault MP, Leclerc E, Ranger J, Garbaye J, Uroz S, Frey-Klett P
(2010) Influence of forest trees on the distribution of mineral
weathering-associated bacterial communities of the Scleroderma citrinum mycorrhizosphere. Appl Environ Microbiol
76:4780-4787.
2.
Carrillo-González R, González-Chávez MCA (2012) Tolerance to and accumulation
of cadmium by the mycelium of the fungi Scleroderma
citrinum and Pisolithus tinctorius.
Biol Trace Elem Res
146:388-395 (Erratum 146:426).
3. Dickschaliger Kartoffelbovist. Document op de.wikipedia.org.
4. Emberger G. Sclerodera citrinum. Document op messiah.edu/oakes/fungi_on_wood.
5. Kopitzke D, Furchgott J (2005) Scleroderma as an artist's medium. Mycophile
Nov/Dec:1,3,14.
6.
Scleroderma citrinum Pers. - Common
Earthball. Document op first-nature.com.
7.
Soytong K, Sibounnavong P, Kanokmedhakul K, Kanokmedhakul S (2014) Biological
active compounds of Scleroderma citrinum
that inhibit plant pathogenic fungi. J Agric Technol 10:79-86.
8.
Uroz S, Turpault MP, Van Scholl L, Palin B, Frey-Klett P (2011) Long term
impact of mineral amendment on the distribution of the mineral
weathering-associated bacterial communities from the beech Scleroderma citrinum ectomycorrhizosphere. Soil Biol Biochem 43:2275-2282.
9. Vandendriessche F. Gele
aardappelbovist - Scleroderma citrinum
Pers.:Pers. Document op mycologia.be.
10. Winner M, Giménez A, Schmidt H,
Sontag B, Steffan B, Steglich W (2004) Unusual pulvinic acid dimers from the
common fungi Scleroderma citrinum
(Common Earthball) and Chalciporus
piperatus (Peppery Bolete). Angew Chem Int Ed 43:1883-1886.
Terug naar de soortenlijst