Gewone franjezwam (Thelephora terrestris)
Habitus1Habitus2Habitus3Onderkant
De gewone franjezwam leeft als mycorrhiza-partner of saprobiont in beuken- en naaldbossen, op heidevelden, op open plekken in het bos en op zandige bospaden (1,3,5). Het mycelium van de paddenstoel geeft de voorkeur aan zure en voedselarme, matig droge tot matig vochtige bodems. De vruchtlichamen verschijnen meestal in groepen op de grond of op naaldstrooisel. Takken, twijgjes, halmen of stengels, maar ook zaailingen en jonge planten worden vaak ingesloten of overwoekerd, wat kan leiden tot hun verstikking. De vaak dunne vruchtlichamen hebben de vorm van een rozet, een half rozet, een waaier, een cirkel, een schelp of een platte trechter en zijn meestal verdeeld in losse, uitstekende lobben die elkaar als dakpannen overlappen. Ze hebben dikwijls geen of slechts nauwelijks een steel en liggen min of meer plat op het substraat. In zeldzame gevallen wordt de paddenstoel ook aangetroffen op sterk vergane rotte boomstronken, hij is dan korstvormig (1,3,5). Het bovenvlak is grof viltig tot gegroefd en concentrisch gezoneerd. Bij oude exemplaren is het donkerbruin tot roestbruin en bij oude exemplaren vrijwel zwart. De rand is gestreept tot gewimperd, witachtig als hij jong is en ook later meestal veel lichter van kleur dan de rest van de paddenstoel. De onderkant waar de sporen worden gevormd heeft rimpels of vouwen. Hij is kaneelbruin of violetbruin en draagt gelijkmatig verdeelde fijne wratjes. Het taaie, leerachtige, grijsbruine vruchtvlees is 2 à 3 mm dik en ruikt zurig of naar aarde (3). Behalve met naaldbomen (spar, fjjnspar, den, lariks) kan het mycelium van de franjezwam ook mycorrhiza vormen met beuk, berk en ratelpopulier (6,10). Het leeft vooral samen met jonge boompjes, van enkele jaren oud (1). De vruchtlichamen bevatten plantenstoffen met ontstekings- en tumorgroei-remmende eigenschappen (2,8) en allerlei soortspecifieke steroïden waarvan de chemische structuren vastgesteld zijn (9). Het mycelium geeft een enzym (exolaccase) af aan zijn omgeving, waarvan de functie onbekend is maar dat mogelijk een rol speelt bij de vorming van ectomycorrhiza (4). De paddenstoel komt voor in Europa, Noord-Amerika, Azië, Noord-Afrika, Zuid-Afrika, Australië, en Nieuw Zeeland (3).

Naam
De genusnaam Thelephora betekent "tepeldragend", de soortnaam terrestris "op de grond groeiend, of liggend" (7). De genusnaam heeft mogelijk betrekking op de wratjes aan de onderkant van de paddenstoel. Auricularia phylacteris, Thelephora phylacteris, Phylacteria terrestris, Tomentella phylacteris, Hypochnus phylacteris, en Thelephora phylacteris zijn synoniemen van Thelephora terrestris (7).

Eetbaarheid/nut
Vanwege zijn leerachtige, taaie structuur en nogal onaangename smaak is de gewone franjezwam voor mensen oneetbaar (3,7).

Waar gevonden
We hebben de gewone franjezwam eens aangetroffen in de westberm van De Gast in Zuidhorn (Gr.), meerdere malen in het natuurpark Tussen de Venen in Muntendam (Gr.), op heideachtig terrein, en in het natuurgebied De Plateaux bij Bergeijk (N.Br.), onder sparren in naaldbos.

Literatuur
1. Arnolds E (2015) Thelephora terrestris. Gewone franjezwam. In: Ecologische Atlas van Paddenstoelen van Drenthe, deel 3, p.106. Beilen: Werkgroep Paddenstoelenkartering Drenthe.
2. Bailly C (2022) Anti-inflammatory and anticancer p-terphenyl derivatives from fungi of the genus Thelephora. Bioorg Med Chem 70:116935.
3. Fächerförmiger Erd-Warzenpilz. Document op de.wikipedia.org.
4. Kanunfre CC, Zancan GT (1998) Physiology of exolaccase production by Thelephora terrestris. FEMS Microbiol Lett 161:151-156.
5. Köljalg U, Dahlberg A, Taylor AFS, Larsson E, Hallenberg N, Stenlid J, Larsson KH, Fransson PM, Kårén O, Jonsson L (2000) Diversity and abundance of resupinate thelephoroid fungi as ectomycorrhizal symbionts in Swedish boreal forests. Mol Ecol 9:1985-1996.
6. Mason PA, Wilson J, Last FT, Walker C (1983) The concept of succession in relation to the spread of sheathing mycorrhizal fungi on inoculated tree seedlings growing in unsterile soil. Plant and Soil 71:247-256.
7. O'Reilly P (2023) Thelephora terrestris Ehrh. - Earthfan. Document op first-nature.com.
8. Radulovic N, Quang DN, Hashimoto T, Nukada M, Asakawa Y (2005) Terrestrins A–G: p-Terphenyl derivatives from the inedible mushroom Thelephora terrestris. Phytochemistry 66:1052-1059.
9. Radulovic N, Quang DN, Hashimoto T, Nukada M, Tanaka M, Asakawa Y (2005) Pregnane-Type Steroids from the Inedible Mushroom Thelephora terrestris. Chem Pharm Bull 53:309-312.
10. Szuba A (2015) Ectomycorrhiza of Populus. Forest Ecology and Management 347:156-169.

Terug naar de soortenlijst