Koningsmantel (Tricholomopsis rutilans)




De
koningsmantel is een forse, vlezige paddenstoel (doorsnee 5 tot 15 cm)
die leeft van de afbraak van dood naaldhout (vooral grove den). Dit
hout kan zich ondergronds bevinden, zodat de vruchtlichamen schijnbaar
op de grond kunnen groeien. Het mycelium veroorzaakt witrot (12). De
hoed en de steel van koningsmantels zijn dicht bezet met roodpaarse,
wijnrode tot donkerrode vezels en schubjes (3). Als de hoed
tijdens de groei van de paddenstoel in omvang toeneemt, schuiven de
schubjes verder uiteen en wordt de geelachtige ondergrond van het
hoedweefsel zichtbaar. Het hoedoppervlak is enigszins viltig en
doet denken aan een purperen gewaad, vandaar de Nederlandse
naam. Bij hevige regenval kunnen de schubjes op de hoed
grotendeels wegspoelen waardoor de paddenstoel een saaie, geelachtige
aanblik krijgt. De
plaatjes
aan de onderzijde van de
hoed zijn uitgebocht aan de steel gehecht en hebben een bleekgele
tot zwavelgele kleur (5), maar de sporen zijn wit (11,12). De snede van
de plaatjes is niet glad, maar "gewimperd" (12). De steel
van de paddenstoel kan bij oude exemplaren hol worden (12). De
competitie tussen gekweekte mycelia van de koningsmantel, de
radijsvaalhoed (Hebeloma crustuliniforme), de gewone fopzwam (Laccaria laccata) en de gewone krulzoom (Paxillus involutus) is door Ierse botanici onderzocht (7). De
koningsmantel komt voor in Europa, Noord- en Midden-Amerika, Azië en
Noord Afrika (5). Een hoge stikstofdepositie is voor deze
paddenstoelsoort ongunstig, omdat braamstruiken zich daardoor sterk gaan
vermeerderen, de bosbodem overwoekeren en de koningsmantel
verdringen (10).
Naam
De genusnaam Tricholomopsis betekent "op Tricholoma [ridderzwam] gelijkend", de soortnaam rutilans "roodachtig" of "rood wordend". Tricholoma betekent
"harige rand" of "vezelige zoom". In Nederland wordt de paddenstoel ook wel "purpergele ridderzwam" genoemd (5).
Uit moleculair-biologisch onderzoek is gebleken dat Tricholomopsis rutilans
niet één enkele soort is, maar een complex van meerdere soorten (9,12).
In de westelijke Pyreneeën komt een afwijkende soort voor, Tricholomopsis pteridicola, die kleinere vruchtlichamen heeft (tot 3 cm) en leeft op wortelstokken van adelaarsvarens (Pteridium aquilinum). De Amerikaanse koningsmantels moeten mogelijk ook worden beschouwd als een afzonderlijke soort (9). Agaricus rutilans, Agaricus xerampelinus, Gymnopus rutilans, Tricholoma rutilans, en Tricholoma variegatum zijn synoniemen van Tricholomopsis rutilans (11). Agaricus variegatus, Agaricus aurantius, Cortinellus rutilans, Gyrophila rutilans, Pleurotus rutilans en Tricholomopsis variegata zijn andere synoniemen (13).
Eetbaarheid/nut
De
paddenstoel bevat unieke plantenstoffen die op aminozuren lijken (2,8),
en antivirale en cholesterolverlagende eigenschappen hebben (1). Van
unieke steroïd esters die ook aanwezig zijn is de chemische structuur
bepaald (15). Extracten van de paddenstoel bleken de groei van tumorcellen tijdens in vitro
kweek te remmen (1), ontstekingsreacties te onderdrukken (4)
en de larven van bepaalde insecten te doden (6). De vruchtlichamen
van de koningsmantel smaken volgens
sommigen bitter (11), volgens anderen gronderig (12) en zijn daarom
oneetbaar. Volgens een Spaanstalige website kunnen ze bovendien
ingewandsstoornissen en allergische reacties veroorzaken (14).
Waar gevonden
We
hebben vruchtlichamen van de koningsmantel aangetroffen in een
bebost gedeelte van het Lheederzand bij Lhee (Drenthe), onder dennen.
Literatuur
1. Dilyana H, Snezhana RV, Spiro K (2021) Biologically active substances and extracts of fungal origin. Pharmacogn Rev 15:12-19.
2. Hatanaka SI, Niimura Y, Taniguchi K (1972) L-2-aminohex-4-ynoic acid: A new amino acid from Tricholomopsis rutilans. Phytochemistry 11:3327-3329.
3. Holec J, Kolarík M (2012) Tricholomopsis in Europe - Phylogeny, key and notes on variability. Mycotaxon 121:81-92.
4. Koch J, Witt S, Liberra K, Lindequist U (1998) The Influence of Extracts of Tricholomopsis rutilans
(Schff.Ex Fr.) Sing. on the Binding of LPS to CD14‡-cells and on the
Release of Inflammatory Mediators. Phytother Res 12:S27-S29.
5. Koningsmantel (paddenstoel). Document op nl.wikipedia.org.
6.
Mier N, Canete S, Klaebe A, Chavant L, Fournier D (1996) Insecticidal
properties of mushroom and toadstool carpophores. Phytochemistry
41:1293-1299.
7. Murphy EA, Mitchell DT (2001) Interactions between Tricholomopsis rutilans
and ectomycorrhizal fungi in paired culture and in association with
seedlings of lodgepole pine and Sitka-spruce. For Path 31:331-344.
8. Niimura Y, Hatanaka SI (1974) L-Threo- and L-erythro-2-amino-3-hydroxyhex-4-ynoic acids, new amino acids from Tricholomopsis rutilans. Phytochemistry 13:175-178.
9. Olariaga I, Laskibar X, Holec J (2015) Molecular data reveal cryptic speciation within Tricholomopsis rutilans: description of T. pteridicola sp. nov. associated with Pteridium aquilinum. Mycol Progress 14:21.
10.
Op den Kamp OPJH, Kelderman RH (2009) Niet alleen maar vliegenzwammen
op de hei: Paddenstoelen op de Brunssumerheide. Natuurhistorisch
Maandblad 98:261-265.
11. O'Reilly P (2022) Tricholomopsis rutilans (Schaeff.) Singer - Plums and Custard mushroom. Document op www.first-nature.com.
12. Purpurfilziger Holzritterling. Document op de.wikipedia.org.
13. Tricholomopsis rutilans (Schaeff.) Singer 1939. Document op champyves.pagesperso-orange.fr.
14. Tricholomopsis rutilans. Document op www.fichasmicologicas.com.
15. Wang F, Liu JK (2005) Two new steryl esters from the basidiomycete Tricholomopsis rutilans. Steroids 70:127-130.
Terug naar de soortenlijst