Witte koraalzwam (Clavulina coralloides)
DeGastNietapDe witte koraalzwam is een koraalvormige, witte tot crèmekleurige paddenstoel met kamvormige takpunten, voorzien van korte, spitse uiteinden. Het is een algemene soort die groeit langs bospaden, in laanbermen en soms ook in grasland (5,10,16). De samengesmolten takken van het "koraal" ontspringen aan een stam die 1,5 tot 2,5 cm hoog is en kunnen een totale hoogte van 7 à 8 cm krijgen. De punten van de paddenstoel verkleuren bij veroudering bruin (6,10). Het mycelium van Clavulina coralloides is een ectomycorrhiza-partner van loof- en naaldbomen (8,10,13), waaronder de Douglas-spar (2). Volgens een Duitse Wikipedia pagina heeft de paddenstoel een voorkeur voor fijnsparren en beuken, maar komt hij ook voor bij gewone sparren, eiken, haagbeuken en dennen (6). De gewone es is een andere mogelijke partner (15). De schimmel is aanwezig in alle lagen van het bodemprofiel en niet tot een bepaalde laag beperkt (4). In een artikel uit India wordt beweerd dat het niet alleen ectyomycorrhiza vormt met bomen, maar ook als saprofyt betrokken is bij de afbraak van dood plantaardig materiaal, waaronder bamboestengels (14). Ook volgens een Nederlandse Wikipedia pagina is het mycelium een saprofyt (18). Witte koraalzwammen komen voor in Europa, Noord-, Midden- en Zuid-Amerika, Azië, en Noord Afrika (1,6). Volgens een Zwitsers onderzoek is de paddenstoel niet erg gevoelig voor stikstof depositie (11). Het aantal chromosomen van de paddenstoel is bepaald (haploid 4, diploid 8) (17).

Naam
De genusnaam Clavulina is afgeleid van het Latijnse woord clava (knots) en betekent "knotsje". De soortnaam coralloides betekent "koraalvormig" of "op koraal gelijkend". Clavaria coralloides, Ramaria cristata, Clavaria cristata, en Clavulina cristata zijn synoniemen van Clavulina coralloides (10). Volgens moleculair-biologisch onderzoek is de witte koraalzwam verwant aan de cantharellen (3,12) en is het een goed afgebakende, enkele soort (9).

Eetbaarheid/nut
Witte koraalzwammen zijn eetbaar, maar volgens de meeste mensen niet smakelijk (1,6,10,18). Volgens ons zijn de paddenstoelen ook veel te klein en te gering in aantal om voor de maaltijd te worden verzameld. De vruchtlichamen van de witte koraalzwam kunnen worden aangetast door een parasitaire schimmel, het koraalzwamparasietkogeltje (7). Er ontstaan dan vooral aan de voet van de paddenstoel zwarte spikkeltjes.

Waar gevonden
Wij hebben witte koraalzwammen gevonden in de westberm van de Gast in Zuidhorn, in de westberm van een oprijlaan van een boerderij bij het terrein van de gasopslag in Grijpskerk (Gr.) en in het Natuurschoonbos in Nietap (Dr.).

Literatuur
1. Clavulina cristata. Document op en.wikipedia.org.
2. Cline ET, Ammirati JF, Edmonds RL (2005) Does proximity to mature trees influence ectomycorrhizal fungus communities of Douglas-fir seedlings? New Phytol 166:993-1009.
3. Dentinger BTM, McLaughlin DJ (2006) Reconstructing the Clavariaceae using nuclear large subunit rDNA sequences and a new genus segregated from Clavaria. Mycologia 98:746-762.
4. Dickie IA, Xu B, Koide RT (2002) Vertical niche differentiation of ectomycorrhizal hyphae in soil as shown by T-RFLP analysis. New Phytol 156:527-535.
5. Greydanus S. Witte koraalzwam (Clavulina coralloides). Document op paddenstoeleninfriesland.nl.
6. Kammförmiger Keulenpilz. Document op de.wikipedia.org.
7. Kirschner R, Oberwinkler F (2001) Mycoparasitism by Three Species of Diplococcium (Hyphomycetes). Plant Biol 3:449-454.
8. Ogawa M (1985) Ecological Characters of Ectomycorrhizal Fungi and Their Mycorrhizae - An introduction to the ecology of higher fungi. Japan Agricultural Research Quarterly 18:304-314.
9. Olariaga I, Jugo BM, Garcia-Etxebarria K, Salcedo I (2009) Species delimitation in the European species of Clavulina (Cantharellales, Basidiomycota) inferred from phylogenetic analyses of ITS region and morphological data. Mycol Res 113:1261-1270.
10. O'Reilly P. Clavulina coralloides (L.) J. Schröt. - Crested Coral. Document op first-nature.com.
11. Peter M, Ayer F, Egli S (2001) Nitrogen addition in a Norway spruce stand altered macromycete sporocarp production and below-ground ectomycorrhizal species composition. New Phytol 149:311-325.
12. Pine EM, Hibbett DS, Donoghue M (1999) Phylogenetic relationships of cantharelloid and clavarioid Homobasidiomycetes based on mitochondrial and nuclear rDNA sequences. Mycologia 91:944-963.
13. Pinho-Almeida F, Basilio C, De Oliveira P (1999) Inventory of ectomycorrizal fungi associated with a "relic" holm-oak tree (Quercus rotundifolia) in two successive winters. Doc Mycol 29:57-68.
14. Saharia D, Sarma TC (2012) Screening of macro-fungi responsible for post harvest decay of bamboo culms in storage. The Bioscan 7:95-99.
15. Seven J, Polle A (2014) Subcellular Nutrient Element Localization and Enrichment in Ecto- and Arbuscular Mycorrhizas of Field-Grown Beech and Ash Trees Indicate Functional Differences. PLoS ONE 9:e114672.
16. Shiryaev A (2009) Diversity and distribution of clavarioid fungi in Estonia. Folia Cryptog Estonica 45:65-80.
17. Wakayama K (1932) Contributions to the Cytology of Fungi IV. Chromosome Number in Autobasidiomycetes. Cytologia 3:260-284.
18. Witte koraalzwam. Document op nl.wikipedia.org.

Terug naar de soortenlijst